De wetten van de economieIk had het kunnen weten. Waarom wil ik anders zo graag een nee/nee sticker op de deur? Ok, het liefst met als bijzin 'Hema folders uitgezonderd', maar dan nog. Omdat het de hebzucht opwekt. Opeens binnen handbereik. Al die dingen waar je nog nooit een seconde aan gedacht hebt en waar je daarna geen seconde langer zonder kunt leven. Aanbod schept vraag.
Ik had alleen niet bedacht dat ze ook voor mij zou gelden. Voor mij als product. Mijn werk ligt nog steeds beneden het OZP (Oud Zeppo Peil) maar het niveau begint te stijgen. 'Zo fijn dat we nu zo iemand hebben' verzucht een adviseur. Waarbij ik de 'zo iemand' ben. 'Kan jij niet eens naar die site kijken?' Of mijn baas die 'het is eigenlijk mijn werk, maar eigenlijk kan jij het ook wel doen' een visie klus bij mij stalt.
Het aanbod waar ze prima zonder konden tot het binnen handbereik lag. En heel heel misschien wordt het dus toch nog een succesje. Die baan van mij.
SnorkelenIk heb een tweede kussen! Vanochtend, kwart over negen, zaten wij al een Ikea ontbijtje en daarna kocht ik 'm: mijn tweede hoofdkussen. Tot nu toe moest ik meestal wachten tot lief sliep, om dan -heel voorzichtig- zijn hoofdkussen onder zijn hoofd uit te trekken. Het kussen voor over mijn hoofd. Ja, over mijn hoofd. Eén oor op, één oor onder een kussen. Onder veren.
Onder water.
De eerste keer weet ik nog, met mijn ex, in de Maarsseveense plassen ofzo. We gingen snorkelen. Van die flipflapfloppers aan mijn voeten verzoop ik bijna, maar die snorkel! Eindeloos kon ik met mijn hoofd onder water hangen in een zalige stilte. Alleen m'n eigen ademhaling en het grauwe water.
Nu snorkel ik tussen kussens. Het is donker en warm tussen de kussens, donker, warm en stil. Ik hoor mijn eigen ademhaling. Ik zie niks. Het zandmannetje strooit z'n slaapzand door het kleine opening waar mijn neus uit steekt. Ik ben onder zeil. Onder water.
ZuchtZe zijn heel aardig op mijn nieuwe werk. Héél aardig.
Het is vlakbij mijn nieuwe werk. Drie keer vallen ben ik thuis.
Ik verdien heel leuk op mijn nieuwe werk. Zo nu en dan, als ik de uren nog te gaan aftel, tel ik de uurlonen te gaan op. Das altijd een leuk bedrag.
Maar toch.
Zit dan toch die uren te tellen.
Want het is zo saai. Beginners saai. Nog niemand om mee te lachen, nog niemand om mee te lunchen saai. Dat gaat over. Neem ik aan. Erger is het werk saai. De lat ligt vooralsnog op struikelhoogte. En dan duurt de dag lang. Na een klein gesprekje met mijn leidinggevende kreeg ik moeilijker taken. Waar ik wel een heel half uur zoet mee was. Afspraken buiten de deur heb ik niet. Binnen de deur trouwens ook niet. En dan duurt de dag lang.
'Je gaat niet opzeggen hoor', sist mijn lief. 'Je kijkt het gewoon nog even aan', wanneer ik hem vertel dat een bemiddelaar me belde voor een andere baan. Ok, ok, ik kijk het nog even aan. Beetje volwassen en verstandig zijn.'T is ook altijd wat. Zucht.